Dit jaar nemen we deel aan de West-Vlaamse Interclub (= 5x op vrijdagavond) met één Izegemse ploeg, in 1ste afdeling.
De ploeg bestaat uit 4 spelers.
Tempo = 1u30 voor de hele partij + daarenboven 30 seconden increment vanaf zet 1.
Zie: https://schaakliga-wvl.be/kalender/%5Bfield_dates-date%5D/west-vlaamse-interclub-ronden-2019-2020
Kalender
Ondertussen is de hele kalender van de 1e afdeling in de West-Vlaamse Interclub opgemaakt:
04-10 : Izegem – Brugge 0,5-3,5
22-11 : Oostende 1 – Izegem 1-3
06-12 : Izegem – Oostende 2 2,5-1,5
24-01 : Izegem – Kortrijk 2,5-1,5
07-02 : Oostkamp – Izegem 2,5-1,5
Afd. 1 : Izegem – K. Brugse: 0,5 - 3,5
Gilles – Benny Todts (1978) 0-1
Artur – Emiel Vandewiele (2152) 0-1
Stefaan – Pu Linden (1797) 0-1
Jan – Dirk Van Rillaer (1718) 0,5-0,5
In de West-Vlaamse interclub is de spelersvolgorde vrij te kiezen en de hoop was om door in min of meer omgekeerde orde te spelen Brugge te verschalken. Brugge trad idd min of meer in elo-orde aan en dus leek een resultaat mogelijk, waarom zelfs geen winst? Winnen op borden 3 en 4 en een of andere stunt op borden 1 en/of 2.
Tot 21u ging alles volgens plan : een zeker voordeeltje op de laatste borden, geen problemen op de eerste borden. Maar na 22u veranderde de situatie en versomberden de gezichten. Stefaan kwam plots onder druk en vervolgens gebeurde iets verbijsterends : zijn tegenstander blunderde en bood simpelweg zijn dame aan (gewoon te nemen). Maar Stefaan was even van de wereld af en nam de dame niet, verloor hierdoor een stuk en de partij. Ploegwinst veraf. Ook Gilles was onder druk komen te staan en hield het niet. Op de andere twee borden was ondertussen ook niet zoveel goeds te verwachten. Tot de gsm trilde van Arturs tegenstander (de gsm lag op tafel naast het speelbord). Een Izscha-winstpartij dacht iedereen, behalve Linden (C-scheidsrechter) die meende dat er nu een tijdstraf geldt. Er werd gebeld naar een hogere schaakscheidsrechter, maar dit leverde geen uitsluitsel. De partij is vervolgens onder voorbehoud van Izegem verder gespeeld, op het bord verloren en de volgende dag door tornooileider Marc Clevers effectief verloren verklaard voor Artur. Clevers neemt het reglement van de NIC over : daar is er nu een tijdstraf van 10 minuten voor de overtreder. Indien deze nog minder dan 10 minuten op de klok heeft, verliest hij de partij; indien nog meer dan 10 minuten gaat de partij gewoon verder na aftrek van die tijd (Arturs tegenstander had nog 29 minuten bij het gsm-trillen). Tijdens het overleg i.v.m. het gsm-voorval had Jan nog remise aanvaard : zijn tegenstander stond duidelijk beter (of gewonnen?), maar stelde de remise voor voor de ploegwinst en voor in geval van.
Ik heb de regels i.v.m. gsm (K.BelgischeSchaakBond) maar eens opgesnord en :
… mag een speler tijdens zijn partij een mobiele telefoon of ander elektronisch communicatiemiddel uitgeschakeld op eigen risico in de speelzaal meebrengen, maar hij mag deze niet op zich dragen. Mogelijke voorbeelden zijn langs het bord, in zijn jas (die aan de kapstok of aan zijn stoel hangt) of in een (hand)tas. Uiteraard mogen deze toestellen (al dan niet via de jas of (hand)tas) tijdens de partij niet meegenomen worden buiten de speelzaal. Indien wordt vastgesteld dat een speler tijdens zijn partij toch zo’n toestel op zich draagt zonder toestemming van de arbiter, dan verliest hij de partij en zijn tegenstander wint.
Indien vastgesteld wordt dat zo’n toestel niet uitgeschakeld in de speelzaal is, dan krijgt de spelende eigenaar 10 minuten in mindering bij de eerste keer en verliest deze de partij bij de volgende keer. Indien er hierdoor een tijdsoverschrijding voorkomt, dan verliest hij de partij en het resultaat van zijn tegenstander wordt door de arbiter bepaald.
(JohanD)
Afd. 1 : Oostende 1 – Izegem : 1-3
Tom Wuyts (1754) – Jan 0,5-0,5
Andre Deceuninck (1482) – JohanD 0-1
Stefaan Bleyaert (1388) – Gilles 0,5-0,5
Storm Declerck 1042) – Stefaan 0-1
Oostende niet in een allersterkste opstelling, en daar hebben we dankbaar van geprofiteerd, zij het dat de overwinning toch niet van een leien dakje liep. Stefaan had een makkelijke avond tegen een nog niet zo ervaren jeugdspeler. Hij stond meteen overwegend met een plusvrijpion en een logische winst volgde. Gilles offerde een stuk en had daar onvoldoende compensatie voor. Het werd zwoegen maar Gilles kon met een handigheidje toch het stuk terugwinnen. In het slot gaf hij het vervolgens weer weg om zo een remise-eindspel te realiseren : 2 pionnen tegen loper. Ik stond vanuit de opening een gezonde pion voor en na ruil dacht ik eenvoudig de pluspion te verzilveren in een eindspel met loper tegen paard. Maar helaas, ik toonde hoe het niet moet, maakte mijn loper slecht en liet mijn tegenstander de stelling blokkeren. Nog knulliger was het einde van de partij : mijn tegenstander ging door zijn vlag omdat hij niet bekend was met het juiste speeltempo. Hij dacht na 40 zetten nog 30 minuten extra bedenktijd te krijgen, wat in deze competitie niet geldt. Ploegwinst binnen dus die Jan nog riant wenste te maken door het volle punt uit een gelijk ogend eindspel te proberen te peuteren. Dit lukte niet, de twee koningen bleven respectvol op oppositieafstand naar elkaar kijken. Maar 1-3 winst dus en in dit korte interclub-kampioenschap over 5 ronden is dit meteen een flinke stap naar het behoud (reeks van 6 ploegen met 1 zakker). (JohanD)
Afd. 1 : Izegem – Oostende 2 : 2,5-1,5
Artur – Glenn Dayer (1818) 1-0
Seba – Rudy Defour (1731) 1-0
Stefaan – Alex Peeters (1581) 0,5-0,5
JohanD – Thomas Pincket (1874) 0-1
Stefaan won vroeg een stuk maar zijn dame moest hiervoor wel op eieren lopen. Uiteindelijk werd ze gevangen (de analyse nadien toonde een gemiste ontsnappingsroute) en Stefaan moest verder toren en stuk tegen dame. Ondertussen had hij wel op c6 een vrijpion vastgeschroefd, die de zwarte winstkansen onbestaand maakte. Het remisebod van zijn tegenstander weigerde hij voorlopig “tot er 2 punten bij Izegem genoteerd staan”. Die kwamen er ook. Eerst was Artur aan de beurt. Kwaliteitsverlies van Artur werd gecompenseerd met een vrijpion op f7 en een onruilbare loper op e8. Die leken samen met de zwarte toren op f8 te kunnen vergeten worden om een zuiver pionneneindspel te spelen. Het zag er even niet zo goed uit voor Artur, maar toen marcheerde zijn koning toch heel prompt vooruit en hij kon de hulpeloze toren bereiken en promotie organiseren voor zijn tegenstander. Seba bouwde rustig en stevig, er kwam een pionnetje in zijn mandje, een tweede pionnetje volgde en toen haalde hij zijn zwaar geschut boven om de vijandelijke koning in een matnet te vangen. Het sein voor Stefaan om zelf remise aan te bieden en de ploegzege veilig te stellen. Uit analyse bleek overigens dat zijn stelling te winnen was. Mijn partij was nu ontdaan van groot belang. Na vroege dameruil had ik met wat achterstand mijn stukken kunnen ontwikkelen, zij het zonder gevolgen. Maar toen ik onoordeelkundig een wit paard op f5 toeliet, ging ik noodgedwongen op schwindeltoer met g5. Het leek nog even houdbaar, maar dat was het uiteindelijk niet.
Oostende speelt met 2 ploegen in 1e afdeling, maar met een klaarblijkelijk niet zo grote ambitie, hun sterkste spelers komen niet of nauwelijks in actie. En met 2 overwinningen tegen die Oostendes staat Izegem nu dicht bij het behoud in 1e afdeling. Of waarom niet omhoog kijken? Nog één keer winnen en we vallen in de prijzen, toch? (JohanD)
Afd. 1 : Izegem – Kortrijk 1 : 2,5-1,5
Stefaan – Pieter Truwant (1945) 1-0
Jan – Bart Marescaux (1664) 0,5-0,5
Artur – Nick Vervaeke (1510) 0-1
JohanD – Tom Beyen (NG) 1-0
Stefaan ging meteen aan het knoeien, maar dat moet vervolgens des te meer van zijn tegenstander gezegd. Het was een wilde partij op het eerste bord, en na de kleun in het begin werkte Stefaan kundig af (superpaard tegen lamme dame). 21u en al 1-0!
Artur verloor vrij vlug een pionnetje en het werd een avondje zwoegen voor remise. Die kwam er niet want in het toreneindspel kon zijn tegenstander zijn pluspion verzilveren.
Jan had in een scherpe variant een pionoffer aangenomen en kwam onder hevige druk. Daar kroop hij na veel moeite onderuit en hij kwam zelfs beter te staan. Toch bleek er niet zomaar door te geraken. Maar na een blik op mijn beter eindspel kon hij met gerust gemoed remise voorstellen, wat meteen aanvaard werd.
Ik stond namelijk gewonnen na een weliswaar lange tijd gelijk opgaande partij. Na vroege dameruil was er vrij weinig gebeurd maar bij de definitieve stukkenruil stond ik in een eindspel met elk K+5pionnen plots gewonnen, dankzij mijn dominante koning en de verst verwijderde vrijpion.
Met 3x winst uit 4 matchen staan we nu uiteraard prima in het klassement. (JohanD)
Afd. 1 : Oostkamp 1 – Izegem : 2,5-1,5
Kurt Piceu (2093) – Artur 0,5-0,5
Jarid Piceu (1841) – Gilles 1-0
Wim Boydens (1787) – JohanD 1-0
Jonny Rogiers (1797) – Stefaan 0-1
Stefaan trok meteen ten aanval op de korte rokade van zijn opponent, de zwarte koning zat direct op hete kolen en kon zich niet meer zonder ernstige schade bevrijden. Een vroege 0-1. Gilles moest zijn meerdere erkennen in de jongste telg van het Piceu-geslacht. Hij moest zijn dame inleveren, had daar in ruil wel toren en stuk voor, maar dit was niet voldoende. 1-1. Ik hield een tijd stand onder een zekere druk, maar de tegenaanval die ik lanceerde was onvoldragen en te omslachtig en ik kreeg het deksel op de neus. 2-1. Artur was de ster van de avond door Kurt Piceu op remise te houden. Het eindspel ging tot op het bot en de tenoren speelden een tijd op het halve minuutje. Artur had in de eindstelling zelfs een pionnetje meer, maar met paard tegen loper (en elk nog de dame) leek winst voor Artur nauwelijks mogelijk. 2,5-1,5.
Puike remise dus, maar helaas onvoldoende voor een team-gelijkspel, dat een 2e plaats in de eindrangschikking zou opgeleverd hebben.
Izegem dus 3e in de eindstand (3x winst en 2x verlies) achter kampioen Brugge en Oostkamp. Het podium gehaald, dat is gezien de krachtsverhoudingen een behoorlijk resultaat, met een geldprijs als beloning, ik geloof 60€ of 80€, ik zou het moeten nakijken.
Nee, héél rijk worden we natuurlijk niet van schaken, maar dat zal ons een zorg wezen. (JohanD)